Inactiviteit tijdens burn-out kan op lange termijn meer problemen veroorzaken

21 november 2017 Anderzorg

Ard Paffen werkt als bedrijfsarts bij Zorg van de Zaak. Binnen zijn vakgebied komt hij regelmatig burn-out gevallen tegen. Naar aanleiding van onze documentaire met Sharon Doorson over haar burn-out, laten we graag de medische professionals aan het woord over dit onderwerp. Hoort psychische vermoeidheid er tegenwoordig gewoon bij? Hoe moet je in actie komen bij symptomen van overspannenheid? Deze en andere vragen beantwoordt hij in dit interview.

Even voor de beeldvorming; waar houdt een bedrijfsarts zich precies mee bezig?
“In principe is een bedrijfsarts een medisch adviseur voor verzuim en preventie. Verzuimbegeleiding is nodig wanneer mensen gedurende een lange periode ziek zijn. In dat geval wordt er een bedrijfsarts opgeroepen om te beoordelen wat diegene binnen zijn of haar gezondheidssituatie wel of niet kan. Ik geef hierbij advies aan zowel werkgever als medewerker. Verder is preventie een belangrijk onderdeel van mijn vak. Om te voorkomen dat medewerkers in ongezonde werkomstandigheden verkeren doe ik bijvoorbeeld werkplekonderzoek, op individueel- of afdelings- niveau, maar ook adviseer over het arbo- beleid, risico inventarisaties, of anderzijds preventieve zaken.”

Komt je vaak burn-out gevallen tegen binnen je werk?
“Ja, regelmatig”

Hoe denk je dat dit komt?
“Ik denk dat drie factoren een belangrijk rol spelen:

  • Werksituatie: Bij een bedrijf, zoals een zorgverzekeraar waar ik voor werk, is er sprake van kantoorwerk waarbij je snel te maken hebt met hoge werkdruk en veel deadlines. Deze factoren leveren snel houdingsklachten en stress op. Wanneer deze stress- klachten gedurende een lange tijd aanhouden, kan dit een burn-out aanwakkeren.
  • De maatschappij: Mensen moeten binnen de huidige maatschappij veel meer zelf doen en regelen, waarbij het vaak niet duidelijk is hoe dat gedaan moet worden, waardoor er steeds meer op hun bordje komt te liggen. Vooral voor de oudere generatie is het lastig meebewegen in de snel veranderende wereld.
  • De media: omdat er in de media meer aandacht wordt besteed aan het onderwerp, herkennen mensen de klachten van een burn-out sneller. Doordat het een veel voorkomend probleem is wat regelmatig ter sprake komt, ligt de drempel voor diagnose lager.”

Wat betreft je laatste punt; mogelijk is dit te verklaren doordat de definitie van een burn-out voor velen niet duidelijk is. Uit onderzoek van Anderzorg is bijvoorbeeld gebleken dat 47 procent van de millennials denkt dat een burn-out hetzelfde is als overspannen zijn. Wat is nu precies het verschil tussen stress, overspannen zijn en het hebben van een burn-out? 
“Mensen moeten niet vergeten dat stress geen ziekte is en soms juist positief kan zijn om verder te komen. Wanneer je er ondere andere klachten van ondervindt, bijvoorbeeld als je zwaar emotioneel of prikkelbaar wordt, met het gevoel van controleverlies, en er significante beperkingen in het beroepsmatig en/of sociaal functioneren zijn, is er sprake van te veel stress en spreekt men van overspannenheid. Er is sprake van een burn-out als je gedurende een lange tijd (ongeveer een half jaar) overspannen bent, en de gevoelens van moeheid en uitputting sterk op de voorgrond staan. De combinatie van klachten bepalen of je wel of niet van een burn-out kan spreken.”

Hoewel acht op de tien millennials weleens kampt met geestelijke of lichamelijke vermoeidheid, geeft bijna de helft (46%) aan geen actie te ondernemen; ze hebben de verwachting dat het vanzelf weer over gaat. Wanneer moet je aan de bel trekken bij geestelijk of lichamelijke vermoeidheid, waar ligt de grens?
Vaak gaat het ook vanzelf over. Maar de bewustwording / zelfreflectie waarom die vermoeidheid optrad en wat men eraan kan doen ontbreek vaak. Veel mensen komen ook niet in actie omdat ze bang zijn om dit soort klachten, en de onderliggende problemen, onder ogen te komen, en voor zichzelf aan te pakken. Die bewustwording en de stappen zetten om die problemen voor jezelf op te lossen is wel belangrijk. . Indien je door de klachten niet meer kan functioneren en zelfs na verschillende pogingen de oplossing niet kan vinden, wordt het toch echt tijd om in actie te komen.”

Ruim de helft van de ondervraagden (58%) geeft aan dat psychische vermoeidheid ‘gewoon’ bij onze manier van werken en leven hoort. Herken je dit in de praktijk en zie je hier een gevaar?
“Ik vind zeker niet dat dit als normaal moet worden beschouwd. Deze instelling komt doordat de huidige maatschappij meer van ons verlangt. De druk die de maatschappij uitoefent wordt op alle fronten verhoogd. Er wordt minder voor je gedaan en er wordt steeds vaker een beroep op je gedaan. Ondanks de digitalisering (wat veel dingen zou moeten vergemakkelijken), moet je veel dingen zelf regelen. Je gaat bijvoorbeeld niet meer naar de bank om transacties te doen, maar kan alle bankzaken zelf regelen via apps. Deze regeldruk en ontwikkelingen zijn een maatschappelijk probleem.”

Wat is de juiste aanpak als je last hebt van klachten die horen bij overspannenheid?
“Stel jezelf deze vragen: Tegen welke interne en externe problemen loop ik aan en hoe kan ik deze problemen aanpakken? Dit is moeilijker dan je denkt. Mensen zijn vaak geneigd om externe factoren de schuld te geven terwijl je dit soort factoren zelf niet kan beïnvloeden. Het gaat erom dat je zelf kijkt naar wat jij kan doen. Om hierachter te komen zijn er verschillende methoden, trajecten of zelfs therapieën die je kunnen helpen, bijvoorbeeld cognitieve gedragstherapie. Let wel, als je toegeeft aan de overspanningsklachten, kan het zijn dat je in eerste instantie tijdelijk meer klachten krijgt. Dit is mogelijk te verklaren door het wegvallen van de adrenaline die krijgt van je stressoren. Zodra je dan een stap terugneemt, kan je de volle klap krijgen. Dit, in lichte mate, kunnen ook de eerste signalen zijn waar je goed naar moet luisteren. Word je bijvoorbeeld altijd ziek als je vakantie hebt? Dan is je balans niet op peil en wordt het tijd om aan de bel te trekken.”

Is er een gevaar als je met een burn-out door blijft werken?
”Een legio van mensen die onder het spectrum van een burn-out achtige klachten vallen gaan gewoon door met werken. Sommige passen adequate veranderingen aan, anderen niet. Indien je dan uiteindelijke een echte hevige burn out hebt ben je gewoon niet meer er toe in staat om goed beroepsmatig of sociaal te functioneren. Als je op jongere leeftijd aan de bel trekt kan je het probleem sneller en beter aanpakken. Des te ouder je wordt, des te verder je van jezelf af komt te staan. Oudere mensen zijn ook vaak iets stugger, om anders om te gaan met zaken die ze al jaren zo deden... Als je een burn-out een lange periode blijft ontkennen, zonder adequate actie, kan het zijn dat er ook andere psychische of lichamelijke problemen gaan optreden. Denk bijvoorbeeld aan een depressie.”

Mocht het zo ver komen dat je een burn-out krijgt, is het dan van belang om helemaal niks meer te doen?
“Nee, inactiviteit kan op lange termijn juist tot meer problemen leiden. Het is van belang om mensen te motiveren en activeren om weer aan de slag te gaan. Op zoek gaan naar de oorzaak, en deze direct aanpakken is hier een belangrijk onderdeel van. Relatieve rust is belangrijk, maar echte inactiviteit werkt averechts.’’

Wat is het allerbelangrijkste om te doen nadat je een burn-out hebt gehad?
“Het is essentieel om een terugval-preventie-plan op te stellen. Wat waren de klachten? Wat waren de problemen? Wat waren de oplossingen? Deze punten neem je in dit plan op, zodat je in actie kan komen zodra je deze signalen / problemen opnieuw herkent. Vergeet niet dat het vaak om persoonlijke karakter eigenschappen gaat die het zover hebben kunnen laten komen. Nadat hersteld bent kan het gebeuren dat, dat gene wat je geleerd hebt van de burn-out periode, op een gegeven moment weer verwaterd in de normale dagelijkse gang van zaken. De bewustwording en alertheid wordt minder, waardoor er weer in oude valkuilen gestapt kan worden. Daarom is het van belang om elk jaar terug te kijken naar dit terugvalpreventieplan en jezelf het volgende af te vragen; hoe gaat het met mij? Waar ben ik nu mee bezig? Het is heel belangrijk om te blijven reflecteren. Therapie kan veel helpen op de korte termijn, maar uiteindelijk is het van groot belang dat je het bewustzijn wat hier wordt aangewakkerd in de gaten blijft houden.”