Welke sport past bij jou?

Betere sportprestaties door genetische aanleg? Een basketballer is geen sumoworstelaar. En dat is niet alleen een kwestie van eten en trainen. Ook de (genetische) aanleg bepaalt je sportprestaties en in welke sport je kunt uitblinken. Hoe kies je de sport die het beste past bij je lichaamsbouw? Extra hulp nodig? We hebben een uitgebreid sportaanbod voor jou, met korting.

Toegegeven, er zijn uitzonderingen, maar in de meeste sporten zijn mannen sneller en beter dan vrouwen. Gemiddeld is het verschil tussen de beste man en de beste vrouw (gemeten bij Olympische prestaties) zo’n 10%. Bij gewichtheffen is de kloof zelfs 36,8% in het voordeel van de heren. Mannen hebben qua lichaamsbouw de aangeboren aanleg om meer spierweefsel te vormen en daardoor zal de genderkloof niet snel worden gedicht.

Lichaamsbouw vrouwen

Er is echter een sport waarbij het verschil kleiner is en soms zelfs uitpakt in het voordeel van vrouwen. Dat is zwemmen. Mannen zijn slechts 5,5% sneller op de 800 meter borstcrawl. Kijken we naar langeafstandszwemmen, dan blijken vrouwen met hun lichaamsbouw ineens net zo goed of zelfs beter te zijn dan mannen. Bij de beroemde New Yorkse Manhattan Island Swim (45,9 km) bijvoorbeeld zijn vrouwen 12 tot 14% sneller dan mannen. Vrouwen beschikken qua lichaamsbouw gemiddeld over meer lichaamsvet en dat pakt goed uit in het water: het extra drijfvermogen zorgt ervoor dat ze snel kunnen voortbewegen. En bij lange afstanden beschermt het extra laagje vet tegen afkoeling, waardoor de spieren beter op temperatuur blijven en beter kunnen presteren.

Sportprestaties door erfelijke aanleg

Wat deze verschillen aantonen is dat lichaamsbouw en erfelijke aanleg zeer bepalend zijn voor je sportieve potentie. Of je vervolgens kampioen wordt, is een kwestie van training. Maar de kans dat dat lukt is groter als je een sport kiest die aansluit bij de lichamelijke mogelijkheden. Ben je Keniaan, dan heb je bijvoorbeeld aangeboren voordelen te pakken als je wilt hardlopen. Zo constateerden bewegingswetenschappers dat Keniaanse marathonlopers relatief lange achilles- en kuitpezen hebben vergeleken met andere hardlopers. En dat kan hun succes verklaren.

Welk type ben jij?

Een manier om lichamen in te delen is het somatotype. Dit is in de jaren 40 van de vorige eeuw bedacht door de Amerikaanse psycholoog William Herbert Sheldon. Volgens zijn indeling kun je endomorf, ectomorf of mesomorf gebouwd zijn. De endomorf is stevig gebouwd met relatief veel lichaamsvet, weinig spiermassa en ronde vormen, de mesomorf is krachtig en gespierd en vormt snel spiermassa. De ectomorf is dun en ongespierd en heeft moeite om spiermassa te kweken.

3 typen op een rij:

Als je mesomorf (dus krachtig en gespierd) bent, zal je bij veel sporten in het voordeel zijn. Daarnaast kun je het ver schoppen in sporten waar veel kracht nodig is (gewichtheffen, vechtsporten, waterpolo, worstelen, roeien).
Als je endomorf (stevig, ronde vormen) bent, ben je bij de meeste sporten in het nadeel. Kies voor een sport waarin je op je eigen tempo kunt bewegen en ga liever voor lange afstanden dan voor sprinten. Zwemmen, wandelen en fietsen zijn geschikt. Dat is ook voor je gewrichten de verstandigste keuze.
De ectomorf (dun en ongespierd) kan goed zijn in sporten die snelheid en behendigheid vragen en waarbij pure kracht minder belangrijk is. Denk aan basketbal, wielrennen, tennissen en hardlopen.
Ertussenin
Natuurlijk ligt het niet zwart-wit. Je bouw kan ook tussen twee somatotypes inliggen. Het beste criterium bij het kiezen van een sport is of je het leuk vindt om te doen. De meeste mensen hebben de neiging om een sport leuk te vinden die ze van nature goed afgaat. Dus de kans is groot dat je een sport leuk vindt die bij je past, of dat nu voetbal is of tennis. Dat is meteen de beste garantie dat je in beweging blijft.

Ontdek Champ

Met meer dan 4.500 sportlocaties is er altijd wel iets te kiezen. Wil je zien welke locaties bij jou in de buurt aangesloten zijn?

Lees meer

Geschreven door:
Anderzorg redactie


meer van

Datum:
9 oktober 2023
Leestijd:
3 minuten